TPMS-sensoren
Dit zijn speciale sensoren die in het wielventiel zijn geïntegreerd en die informatie naar de boordcomputer sturen om de bestuurder te waarschuwen wanneer de bandenspanning daalt. Hierdoor hoeft u niet langer fysiek de spanning in elke band te controleren - u krijgt onmiddellijk nauwkeurige gegevens over de huidige bandenspanning.
Vanaf november 2014 moet elke nieuwe auto die in de landen van de Europese Unie wordt verkocht, zijn uitgerust met een bandenspanningscontrolesysteem . Volgens de regelgeving moet het TPMS een daling van de bandenspanning met 20% of een daling tot 1,5 bar detecteren (binnen 10 minuten voor 1 wiel of 60 minuten voor 4 wielen).
Hoe werkt een bandenspanningssensor?
Er zijn twee soorten bandenspanningscontrolesystemen: direct en indirect. De meest gebruikelijke optie zijn TPMS-sensoren die in het drukventiel zijn geïntegreerd (direct systeem). Een minder gebruikelijke optie is drukcontrole op basis van het ABS-systeem (indirect systeem). In het eerste geval vindt de signaaloverdracht van de sensoren naar de computer meerdere keren per minuut plaats, waardoor de drukinformatie zeer nauwkeurig is.
Wanneer de auto stopt, van snelheid verandert en in de file rijdt, is de kans groter dat de sensoren de drukconditie melden dan wanneer er met constante snelheid wordt gereden. Daarom is hun levensduur moeilijk in te schatten - als vuistregel wordt aangenomen dat deze ongeveer zeven jaar of 150.000 km bedraagt. Omdat de sensoren perfect moeten afdichten, zitten ze in een geschikte behuizing en is het niet mogelijk om de batterijen te vervangen.
Voordelen van bandenspanningscontrole met TPMS-sensoren:
Meer veiligheid:
- betere besturing en stabiliteit van het voertuig
- kortere remweg
Verlaagd brandstofverbruik:
- lager brandstofverbruik
- lagere uitstoot van vervuilende stoffen
Langzamere bandenslijtage:
- langere levensduur van banden
- minder fijnstof in de lucht
- minder afval (oude banden)
TPMS-sensor programmeren
Installatie alleen maakt de bandenspanningssensor nog niet klaar voor gebruik. Hij moet eerst goed geprogrammeerd en geactiveerd worden. Dit gebeurt door middel van een coderingsproces waarmee het systeem kan onderscheiden van welk wiel het radiosignaal afkomstig is. Deze service wordt uitgevoerd door de vulkanisatiedienst met speciale apparatuur. Het moet elke keer herhaald worden als de banden of ventielen vervangen worden.